We hadden het bijna niet gemerkt, maar de HCA heeft al sinds enige tijd een nieuwe secretaris: Wim Heikoop. Reden genoeg voor ons om eens nader kennis te maken.
Hoe lang zit je al bij de HCA?
Mijn dochter Josje is gaan schaatsen toen ze zes jaar was. Toen ze een jaar of 8, 9 was is ze naar het licentieschaatsen gegaan. Ze is nu 25, dus het zal een jaar of 16, 17 geleden zijn dat ik zelf lid werd van de HCA. (Wim heeft het later nog even opgezocht: hij is lid sinds 1998.) Ik schaatste voor mezelf wel ‘bij ons op de sloot’, om het zo te zeggen, maar ik ben op les gegaan toen Josje ging licentieschaatsen.
Josje geeft nu zelf ook trainingen?
Ja. Ze heeft van Kaja het jeugdschaatsen overgenomen. Dus zij begeleidt nu de jongste jeugd, en daar geef ik zelf ook les.
Heb jij trainingscursussen gevolgd?
Vorig jaar hebben Josje en ik van de KNSB een trainingscursus gevolgd, hier op de JE-baan. Daar kregen we een diploma voor.
Ben jij van jongs af aan altijd een enthousiaste schaatser geweest?
Ja. Ik heb ook toen ik klein was redelijk fanatiek geschaatst.
En nu ben je dus secretaris van de HCA. Hoe ging dat?
Ik ben door Albert gevraagd bij de laatste jaarvergadering. Ik twijfelde of ik het moest doen, want ik was net gestopt met het voorzitterschap van de vogelvereniging. Albert zei: het is niet zo heel veel werk. Dus ik heb hem aan het begin van het seizoen gebeld en gezegd: ik ga het gewoon doen. Albert zou me daarbij steunen.
Wat houdt het werk ongeveer in?
Ik krijg mails van andere verenigingen die ik moet doorsturen. Er zijn vergaderingen die ik moet bijwonen. Maar tot nu toe heeft Albert gelijk: het valt mee, qua werk.
Heb jij bijvoorbeeld te maken met de ledenadministratie?
Nee, dat doet Bart. Binnenkort staat mijn adres op de site, dan zal ik wel meer post krijgen van de KNSB, wedstrijdaanmeldingen enz. Die stuur ik dan weer door naar Erik. Als secretaris ben je eigenlijk een soort verdeelpunt. Albert is voorzitter, ik ben secretaris, Danielle doet het algemene wedstrijdsecretariaat, Josje zit in het bestuur voor het jeugdschaatsen, en dan zit Udo er nog bij. Met z’n vijven komen we eens in de vijf, zes weken bij elkaar om wat dingen door te praten.
Hoe oud ben je nu?
Ik ben 55.
Even over je werk. Je gaf mij ooit eens een klein hamertje, waarmee je in geval van nood een autoruit van binnenuit kon stukslaan. Dat had iets met je werk te maken.
Klopt. Ik ben zelf altijd automonteur geweest. In de loop der jaren ben ik doorgegroeid naar de receptie van ons bedrijf (een Toyota-garage in Mijdrecht, Wims woonplaats). Dat deed ik toen al, en dat doe ik nu nog: plannen van afspraken, schadereparaties, dat soort dingen. We hebben onlangs ons 100-jarig bestaan gevierd, kregen een plaquette van de koningin voor hofleverancierschap. Daar werk ik al 30 jaar.
Nog een andere persoonlijke herinnering: ik reed ooit mijn pr in een rit tegen jou. We reden een 1500 meter in Thialf, ik had de laatste binnenbocht en won met een paar tienden verschil. Ik reed toen iets van 2.32 en nog wat…
(Ook dit heeft Wim opgezocht: het was in 2003. Ik reed 2.32,06, Wim reed 2.32,25)
Maar nu het vervolg. Ik heb nooit harder gereden, maar jij bent daarna volgens mij nog veel beter geworden.
Ja. Daar heb ik nog wel zo’n 8 seconden van afgehaald, denk ik.
(Het zijn er 9: Wims pr uit 2004 is 2.23,68; op de 500 is zijn pr uit 2006: 47.41)
Welke trainers heb je gehad?
Ik heb eerst getraind bij Henk Veen. Daarna jaren lang bij Wim de Joode, met een groep mensen die niet echt wedstrijden wilden rijden, maar gewoon lekker voor hun plezier. Toen een paar jaar bij Herman Offerman, en ik zit nu weer bij Henk Veen.
Zit er nu nog progressie in?
In de snelheid absoluut niet meer, maar m’n techniek is wel verbeterd. De explosiviteit is niet meer wat het is geweest. Wat soms meespeelt is dat als ik zaterdag een wedstrijd rij, dan heb ik ’s middags als een uur jeugdschaatsen gegeven, en een uur licentieschaatsen, dus als ik dan een HCA-wedstrijd rijd, dan sta ik vaak al vanaf vijf uur op het ijs.
Heeft zo’n trainerscursus jou geholpen om beter te gaan schaatsen?
Dat niet, maar wel het hoe en wat van het begeleiden van kinderen. Hoe hou je de spanningsboog van die kinderen vast, hoe bouw je het af, dat soort dingen. Maar om het voor te doen moet je zelf wel een redelijke techniek hebben. Ik vind het lesgeven en het werken met kinderen erg leuk. Als ik zie hoe ze in een jaar doorgroeien, dan doet me dat deugd.
Heb je zelf veel op natuurijs gereden, de afgelopen winters?
Nee. Ik ben nogal bang om te vallen. Ik voel me op natuurijs niet op m’n gemak. Jij weet zelf maar al te goed wat er kan gebeuren als je valt. Het feit dat ik nu train op dinsdag 1, een redelijk rustig uur, is voor mij een verlichting: ik rij veel meer ontspannen. Ik vond het tweede uur altijd erg druk, met al die marathonrijders. Dus nogmaals – als ik al op natuurijs rij, dan heel erg op m’n gemak.
Bedankt Wim, dat was het zo’n beetje. Nog een laatste vraag: hoe lang is de termijn dat je nu het secretariaat doet?
Goeie vraag, Carel. Ik heb geen idee. Ik denk iets van drie jaar. Maar eerlijk gezegd: ik heb geen idee.