Schaatsles

Het is zondag ochtend vroeg. Gisteren hadden we het HCA-clubkampioenschap op onze Jaap Edenbaan. Eigenlijk is het te vroeg om uit bed te gaan want gisteren was het laat. Ik pak mijn laptop en stap ermee het bed in. Ondanks mijn vermoeide lichaam kan het niet anders. Woorden borrelen in mijn hoofd en willen op papier. Schaatsles. Baanrecords. Kathedraal. Kubusman. Ik móét schrijven.

Meestal denk ik dat ik wel aardig kan schaatsen. Dat is gebaseerd op de bewonderende blikken en bemoedigende woorden die ik krijg als ik langs zoef tijdens trainingen of wedstrijden. Maar gisteren zagen we hoe het écht moet. Gisteren kregen we schaatsles van de Kubusman. Schaatsles met een grote S. Mats is de Kubusman. Die naam heeft een verhaal. Dat verhaal is voor een andere keer. De Kubusman schaatst. Hij schaatst hard. De Kusbusman is een profschaatser. Die zie je niet vaak op de Jaap Edenbaan. En áls je ze ziet, dan is dat meestal niet tijdens een HCA-wedstrijd.

De Kubusman heeft een lichaam als een Kathedraal. Een indrukwekkend bouwwerk van vlees en bloed. Van spieren en botten. Maar spiermassa domineert. Op de vijfhonderd meter klinkt het startschot. Ik sta op de inrijbaan toe te kijken. Ik consumeer schaatsen. Ik consumeer de Kubusman. De machtige Kathedraal zet zich in beweging. De ijsvloer trilt en iedereen houdt zijn adem in. Als de Kubusman langskomt schreeuwen we. KOM OP! GAS EROP! HUP MATS! BAANRECORD JE KAN HET! Niet dat het uitmaakt. De Kubusman voert zijn gevecht tegen de klok vaker. Hij is het gewend. Dat kun je zien. Hij is onkreukbaar. Hij kwam om te winnen. Hij kwam om sneller te zijn dan ooit op deze ijsbaan. En dat lukt. Uiteraard.

De Kubusman geeft ons allemaal schaatsles. Hij laat ons zien hoe het moet. En hij laat ons zien hoe mooi het is. De souplesse waarmee hij zijn snelheid bereikt is indrukwekkend. Als zijn tegenstander de bocht in gaat op de duizend meter, is de Kubusman de bocht al door. Hij beweegt soepel als een kind, maar vliegt als een Boeiing over het ijs van de Jaap Edenbaan. Dit is dus hoe het moet. Sommige mensen zeggen dat het makkelijk lijkt. Daar ben ik het niet mee eens. Dit is niet makkelijk en dit lijkt ook niet makkelijk. Hij doet alles goed en dat is retemoeilijk. Dit is heel veel talent met jarenlange maximale inzet.

Op de duizend meter gonst het als de Kubusman naar de start gaat. “Wow, die gast heeft gewoon 1.10 staan!” en “Hij gaat vast weer een baanrecord rijden, weet jij waar het nu op staat?”. De Kubusman begint met een valse start. Natuurlijk. Maar na het tweede startschot is hij weg. En hoe! Hij maakt gehakt van het ijs en hij vreet bochten als ontbijt. Hij zweept zijn Kathedraal op tot snelheden van tegen de zestig kilometer per uur. De toeschouwers zien dat het hard gaat. Niet alleen aan de rondetijden, maar je zíét het echt. Waar alle andere schaatsers gewoon schaatsers zijn die hun best doen om hard te schaatsen, is de Kubusman een fast moving target. Ik kan het niet anders uitleggen. Degenen die erbij waren, weten het.

Ik heb intens genoten van de schaatsles van Mats. Die in totaal ongeveer 111 seconden duurde. Meer was er niet voor nodig. Dankjewel Mats. En dankjewel HCA voor het organiseren van deze wedstrijd. En alvast een hele fijne zomer voor jullie allemaal!

Bas

Over Bas van Nispen 11 Artikelen
Fanatieke master die nog altijd super tijden rijdt. Met een wow-stijl over de baan en brengt met groot enthousiasme de liefde voor de schaatssport over.